NS: Nieuwe locomotieven, eerste stap voor snellere IC naar Berlijn

NS wil nieuwe, snelle locomotieven inzetten voor de Intercity naar Berlijn. Deze moeten – in tegenstelling tot de huidige – over het hele traject kunnen rijden en hebben een topsnelheid van 200 kilometer per uur. De tijdrovende locomotiefwissel bij de grens kan dan geschrapt worden. De nieuwe locomotief is belangrijk om de ambitie voor een snelle verbinding tussen Amsterdam en Berlijn te realiseren, een gekoesterde wens van NS. Toch zal de reiziger hier in eerste instantie weinig van merken: Hiervoor moeten we nog veel hobbels nemen, waar Duitse en Nederlandse overheden en spoorbedrijven samen de schouders onder moeten zetten. Dat zal tijd kosten.

De Intercity Berlijn wordt door Deutsche Bahn en NS gezamenlijk geëxploiteerd. Over de daadwerkelijke inzet van de nieuwe locomotieven gaat NS met DB in gesprek over de commerciële, operationele en technische randvoorwaarden. Als de aanbesteding met succes is afgerond, kunnen de locomotieven eind 2019/ begin 2020 het spoor op. Hoewel de reistijd niet direct verkort kan worden, is deze eerste stap voor het versnellen van deze lijn van groot belang.

Siemens Vectron

NS 12 heeft nieuwe energiezuinige Siemens locomotieven op het oog, van het type Vectron. Deze hebben een topsnelheid van 200 km/ uur en rijden nu al in Duitsland en Tsjechië. Ze moeten de huidige 1700 Locs uit de jaren ‘90 vervangen. De locomotieven trekken nu nog Duitse rijtuigen van het type EuroCity. DB is van plan om deze rijtuigen op termijn ook te vervangen.

Roger van Boxtel, president-directeur van NS: “Hoewel de reiziger er in eerste instantie weinig van merkt, is het belang van deze eerste stap is niet te onderschatten. Het versnellen van de Intercity naar Berlijn is een kwestie van de lange adem. Met deze locs vullen wij een belangrijke voorwaarde in en laten wij zien dat het wat ons betreft serieus is. Wij bijten ons er in vast om samen met onze partners stap voor stap een snelle trein verbinding naar de Duitse hoofdstad te krijgen, als duurzaam comfortabel alternatief voor het vliegtuig.”

Van Boxtel: “We hebben een snelle trein naar Parijs, naar Frankfurt en ook naar Londen is het gelukt. Hoewel er naar Berlijn op het overgrote deel geen hogesnelheidslijn ligt, geloven we dat het hier ook beter kan.”

Wat moet hiervoor gebeuren? Er zijn vier zaken waar we nu al naar kunnen kijken om de reistijd van 6.22 uur te kunnen verkorten: het schrappen van de locomotiefwissel bij de grens, het terugbrengen van het aantal stops (nu 15), het optimaal gebruiken van het snelle spoor tussen Hannover en Berlijn en tot slot: meer prioriteit in bij het ontwerp van de dienstregeling: Hierbij krijgen landelijke en regionale treinen vaak voorrang, gedreven door wensen en ambities van landsdelen en steden. Begrijpelijk, maar dat zorgt ervoor dat de Intercity Berlijn vaak op nationale treinen moet wachten.

Parijs en Berlijn, een vergelijking