Utrecht,
15
december
2017
|
17:34
Europe/Brussels

Wat deed de sneeuw met de prestaties op de hogesnelheidslijn?

Eind november maakte NS bekend dat we de prestaties op de hogesnelheidslijn (HSL) dit jaar zouden halen. Daarbij hielden we een slag om de arm, met nog een volle maand te gaan. En toen, toen ging het sneeuwen. Wat betekent dit voor de cijfers op de HSL?

Wat deed de sneeuw?
Rond de HSL zijn twee belangrijke prestatie-afspraken gemaakt: reizigerspunctualiteit en zitplaatskans in de spits.

De reizigerspunctualiteit meet het percentage reizigers dat met minder dan vijf minuten vertraging op zijn bestemming aankomt. Vóór de sneeuwval scoorde NS tot dat moment over het hele jaar gemeten 83.4%. De sneeuw heeft twee dagen voor flinke hinder op het spoor gezorgd. Hierdoor is in de dagen met aangepaste dienstregeling (zondag 10 en maandag 11 december) dit totaalpercentage gedaald met 0,1%. Dat betekent dat NS op dit moment op een reizigerspunctualiteit op de HSL van 83,3% uitkomt. Dat is nog steeds boven de norm.

Ook de cijfers voor zitplaatskans in de spits op de HSL zien er nog steeds goed uit. Het blijft spannend, maar we liggen dus op koers. Maar het belangrijkste is dat onze reizigersmerken dat het beter gaat op de HSL. We rijden daar meer treinen, ze rijden vaker op tijd en er zijn meer zitplekken.

Meten is weten
Wij weten hoe belangrijk het is voor onze reizigers dat we op tijd rijden en dat zij kunnen zitten. Dus meten we dit goed, om zo onze dienstverlening te kunnen verbeteren. Ook maakt het ministerie hier met NS afspraken over die je kunt teruglezen in het Vervoersplan. Daarom rapporteren wij daar ook over aan het ministerie van Infrastructuur & Waterstaat (I&W). Aan het eind van elk jaar wordt NS hierop beoordeeld.

Meten op de HSL
Nu wordt het een beetje technisch. Voor dit jaar werd voor reizigers op de HSL een zogenaamde vervoerscapaciteit berekend en voor reizigers op het hoofdrailnet de zitplaatskans. Twee verschillende meetmethodes met hetzelfde doel, maar die weer net iets anders weergaven. Om dat te vereenvoudigen hanteren we sinds dit jaar de methode die we gebruiken om de zitplaatskans te berekenen op het hoofdrailnet ook voor de HSL. Dit geeft een duidelijker beeld. De ambitie, namelijk zorgen dat zoveel mogelijk reizigers kunnen zitten, is daarbij onveranderd gebleven.

Voor de fijnproevers: vervoerscapaciteit versus zitplaatskans
Je bent er nog, leuk, dan duiken we nog iets verder de techniek in. Tot en met 2016 werd voor reizigers op de HSL de zogeheten vervoerscapaciteit berekend en voor reizigers op het hoofdrailnet de zitplaatskans. Hierover zijn met de overheid afspraken gemaakt.

Tot eind 2016; vervoerscapaciteit
Tot en met vorig jaar bepaalden we de kans op een zitplaats op de HSL door te kijken naar hoeveel reizigers moesten staan in de allerdrukste trein die die dag in de spits reed. In die trein keken we hoeveel reizigers meer dan een kwartier moesten staan.

Dat kan beter: zitplaatskans
Vanaf dit jaar meet NS de zitplaatskans op de HSL op dezelfde manier als het hoofdrailnet; een manier die beter aansluit bij de beleving van onze reizigers. Dit betekent dat we rekenen met alle treinen die in de spits op de HSL rijden. Waarbij we het aantal reizigers tellen dat de hele reis kan zitten. De overstap om dezelfde meetmethode op de HSL te gebruiken was een hele technische operatie, dus daar is recent een externe audit naar gedaan. Daaruit blijkt dat de overgang van de oude naar de nieuwe meetmethode juist is verlopen. Fijn, want nu hebben we betere cijfers, die we beter kunnen vergelijken, waardoor we betere service aan onze reizigers kunnen aanbieden.